Hoe relevant is het boeddhisme dan wel voor de westerling ?

Datum 7 september 2009

Op donderdag 22 mei geeft Frans Goetghebeur, voorzitter van de Boeddhistische Unie in België, bij deBuren een lezing over boeddhisme als levenshouding, meditatie, het Tibetaans Instituut en spiritualiteit aan het begin van de eenentwintigste eeuw. Hij schreef alvast een opiniestuk voor deBuren over de relevantie van het boeddhisme voor de westerling.

Op donderdag 22 mei geeft Frans Goetghebeur, voorzitter van de Boeddhistische Unie in België, bij deBuren een lezing over boeddhisme als levenshouding, meditatie, het Tibetaans Instituut en spiritualiteit aan het begin van de eenentwintigste eeuw. Hij schreef alvast een opiniestuk voor deBuren over de relevantie van het boeddhisme voor de westerling.

De programmawet

 

Enkele dagen geleden werd midden de drukte van de Wetstraat de programmawet goedgekeurd. Niemand heeft door dat terzelfdertijd een belangrijke stap naar de erkenning van het boeddhisme in België werd gezet.

 

"Dat was toch al het geval", hoort men wel eens zeggen.  De Boeddhistische Unie van België moet dan telkens ontkennen en herhalen dat de hoofdredacteur van een Franstalige krant in een werkdocument de toekenning van een werkingssubsidie aan de BUB vond en al er meteen de officiiële erkenning van het boeddhisme in België in las. Terwijl er natuurlijk nog wel enkele werkzaamheden en andere stappen tussen liggen. Maar ja, het leek een scoop. Het kwam dus onder die titel op de eerste pagina en de hele Belgische pers nam het over. Zo gaat dat nu eenmaal in medialand.

 

Een niet-confessionele religie?

 

Nu goed: het boeddhisme bestaat al sinds enkele decennia in ons land, en het lijkt wel een grote impact te hebben op onze mensen. Publicaties, diensten in de socio-culturele sector, bijdragen aan initiatieven in verband met levensbeschouwelijke dialoog geven een beeld van een actief en dienstbaar boeddhisme. De acculturatie schijnt ook zonder schokgolven te verlopen.

 

Bijzonder toch, als men rekening houdt met de eindeloze moeilijkheden die de integratie van "vreemde culturen" soms met zich meebrengt. Op velerlei vlakken is het boeddhisme dus een atypisch fenomeen. Het moge onder andere blijken uit de formule die de Boeddhistische Unie van België heeft gevonden bij de aanvraag tot erkenning.  Immers, wie spreekt er nu over een "niet-confessionele religie"? En toch. Het verplicht eenieder eens na te denken over de woorden die men gebruikt en over datgene wat men voorstaat: moeten alle religies noodzakelijkerwijze theïstisch zijn? Is een humanisme met een spirituele dimensie te overwegen?

  

De formule verwijst eveneens naar een fundamenteel kenmerk van onze tijd. Er ontstaan namelijk nieuwe vormen van zingeving en spiritualiteit die gaan in de richting van wat door wijze mensen wordt geprezen: het is tijd te weten dat men niet meer "de enige kerk van God is", de waarheid alleen in pacht heeft en dat niemand in naam van iedereen ten alle tijde nog zal kunnen spreken. De tijd is rijp om boven de beschotten van de verzuilde tradities (met exclusivistische standpunten) te komen, de oude breuklijnen en onvruchtbare confrontaties (tussen klerikalen en niet-klerikalen) achter zich te laten en op een constructieve wijze in te spelen op echte noden bij de bevolking, namelijk hoe kun je van verzuring genezen, ontmoediging en neerslachtigheid afleren en creatieve actie ook in moeilijke tijden verkiezen?

 

Boeddhisme-light?

 

Onlangs verscheen het boek Les mille visages du bouddhisme dat trouwens straks ook in het Nederlands uitkomt. Duizend gezichten dus. Boeddhisme is niet alleen zen, niet alleen grote monniksgemeenschappen, niet alleen een spiritualiteit zonder god, een psychologie van de gelukservaring, een niet-normatieve ethiek, een ecologie avant la lettre of een wetenschap van de geest. Er is binnen het boeddhisme zowat alles te vinden wat bestaat tussen piëtisme en iconoclastische houdingen en dat verplicht het moderne boeddhisme om een steivige traditie van dialoog binnen de eigen traditie op te bouwen.

 

Het boek beschrijft waar precies een link is gelegd tussen het boeddhisme en de westerse beschaving en geeft aldus een boeiend beeld van een osmose, een ontmoeting tussen culturen die niet noodzakelijk op een conflictuele wijze moet verlopen. In dat opzicht biedt het hoop, schept het vertrouwen en geeft het moed aan de mens in deze donkere tijden van bekvechterij, onverdraagzaamheid, ongelijkheid en gewelddadigheid.

 

Er bestaat zoiets als het "boeddhisme light", of het "nachtkast-boeddhisme": als zen een yoghourtje wordt, samsara een parfum en jonge binnen- en buitenlandse boeddhistische "meesters" hun oppervlakkige redeneringen verkopen als seminaries voor bedrijfsleiders wordt het boeddhisme inderdaad herleid tot een trendy gebeuren dat wel verkoopt in glossy magazines, maar weinig aarde aan de dijk zet.

 

Daarnaast heb je dus een traditie die zich blijkbaar moeiteloos inzet voor therapeutische projecten (mindfulness), wetenschappelijk onderzoek (Mind and Life congressen), dialoog tussen de tradities en die tegelijkertijd duizenden mensen schijnt te inspireren. Velen passen blijkbaar zorgeloos de raadgevingen van de Boeddha in hun dagelijks leven toe. En toch willen ze zich niet meteen als een aparte groep in de samenleving profileren. Wat dragen ze precies bij en waarom wordt deze traditie niet echt als bedreigend ervaren?

 

Een interessant fenomeen dus, waarvan de relevantie niet zozeer moet blijken uit triomfalistische discours, maar uit het werk op het terrein.  De erkenning van het boeddhisme in België is daarom ook een goede zaak voor alle Belgen, ze weze Vlamingen, Walen of Brusselaars...Opluchting

 

Niet geobsedeerd zijn door de eigen overtuigingen en toch duidelijk uitkomen voor eigen inzichten is een van de vele paradoxale manieren waarop het boeddhisme zich wil tonen en tegelijkertijd wenst op te gaan in de samenleving, in de rijkdom, de diversiteit en de intensiteit van het dagelijks leven.

 

Men kan ervan opkijken dat zoiets bestaat, zonder een verborgen agenda...

 

Een beetje van deze verse lucht inademen, die we trouwens niet elders moeten gaan kopen, maar nu zelf produceren op de vele stilteplaatsen die het boeddhisme in het land aanbiedt, is een welkome verademing. Wat de Belg ermee zal aanvangen valt nog te bekijken. Misschien staan ze binnen enkele decennia te koop, zoals de kerken nu; misschien worden het bloeiende centra voor het ontwikkelen van vriendelijke en verantwoordelijke burgers.