Me Jane, you Tarzan

Datum 16 juni 2009

Hij draagt een donkerblauw krijtstreeppak, een lichtgrijze overjas en een antracietkleurige Stetson. Hij houdt zijn glas rode wijn met beide handen vast en luistert meer dan hij zelf praat. Wanneer een jonge vrouw op hem afkomt en vraagt of hij nog tijd heeft voor één kort interview, zegt hij vriendelijk maar kordaat dat dat helaas niet mogelijk is. Hij heeft een lange dag achter de rug, hij is moe, en straks rijdt de taxi terug naar Amsterdam.

Hij draagt een donkerblauw krijtstreeppak, een lichtgrijze overjas en een antracietkleurige Stetson hoed. Hij houdt zijn glas rode wijn met beide handen vast en luistert meer dan hij zelf praat. Wanneer een jonge vrouw op hem afkomt en vraagt of hij nog tijd heeft voor één kort interview, zegt hij vriendelijk maar kordaat dat dat helaas niet mogelijk is. Hij heeft een lange dag achter de rug, hij is moe, en straks rijdt de taxi terug naar Amsterdam.'Hij' is Harvey C. Mansfield (75), de Amerikaanse filosoof en professor die op 24 januari bij deBuren te gast was. Vorige week verscheen de Nederlandse vertaling van zijn boek Manliness (2006), dat in de Verenigde Staten méér dan een paar stofwolken deed opwaaien. In zijn boek breekt de conservatieve Mansfield een lans voor mannelijkheid, dat hij definieert als "zelfvertrouwen in een riskante situatie." Dat betekent de deur openhouden voor een vrouw, haar jas aangeven en de rekening betalen, zelfs als je weet dat zoiets sinds het feminisme als politiek incorrect wordt beschouwd. Maar mannelijkheid betekent ook assertiviteit in woord en daad, de bereidheid om op te komen voor datgene waar je in gelooft, leidinggeven in de strijd en desnoods zelfs oorlog voeren.Mannelijkheid en mannelijke waarden staan in onze samenleving onder druk, aldus Mansfield. We leven in een sekseneutrale maatschappij waarin van mannen verlangd wordt dat ze hun mannelijke eigenschappen onderdrukken en waarin vrouwen mannen willen imiteren om te bewijzen dat ze wel degelijk in staat zijn om voor hun gelijkheid op te komen ? zowel op carrièrevlak als op seksueel vlak.Met die sekseneutrale maatschappij wil Mansfield komaf maken. Hij pleit niet voor een verschuiving in de machtsbalans, maar voor een verandering in de manier van leven. In behandeling, betaling en functie op de werkvloer mag er tussen mannen en vrouwen absoluut geen verschil zijn. Wel ziet hij in het private domein het verschil tussen man en vrouw graag weer opbloeien. Ooit benadrukte de samenleving de verschillen tussen de seksen, maar nu doet ze het tegenovergestelde: ze benadrukt de overeenkomsten. Maar mannen en vrouwen zijn wezenlijk verschillend, en het zou goed zijn als we dat aanvaarden. Vrouwen moeten hun vrouwelijkheid durven erkennen: zij houden bijvoorbeeld meer van huiselijkheid dan mannen en zijn minder uit op macht en seksuele veroveringen. Op hun beurt moeten mannen opkomen voor hun mannelijkheid: ze zijn bang geworden om hun 'manhaftigheid' te laten zien en te beleven, omdat het feminisme van mannen vrouwen heeft willen maken.Manliness zorgde in de Verenigde Staten voor furieuze reacties, vooral ? uiteraard - vanuit progressieve en vrouwelijke hoek. Mansfield werd ervan beschuldigd een verborgen politieke agenda te hebben en werd door sommigen zelfs afgeschilderd als een male chauvinist pig.Chauvinist? Pig?Even de dingen op een rijtje zetten.Mansfield is mannelijk ? daar valt niet aan te twijfelen. Maar chauvinistisch is hij niet, en een varken al helemaal niet.Harvey C. Mansfield krijgt van mij een luid applaus. Eindelijk iemand die hardop durft te zeggen wat veel vrouwen stiekem denken: waar zijn de mannelijke mannen? Mannen zie ik elke dag, maar mannelijke mannen moet je met een vergrootglas gaan zoeken.Onze samenleving is vrouwelijk geworden. Mannen worden geacht hun typisch mannelijke eigenschappen te negeren: ze moeten hun tranen de vrije loop laten, honderduit over hun gevoelens praten en de ziel uit hun lijf schreeuwen als er een harige spin in bad zit. Er zijn nu ook dagcrèmes en peelings voor mannen, en zelfs ontharing is niet meer uitsluitend een vrouwenzaak. U vindt uw borsthaar maar niks? Geen probleem. U bent géén wielrenner maar wil toch graag gladde benen? Kom gerust eens langs, de klus is zo geklaard.Ik huiver ervan.Doe niet zo dom, beste mannen. Klop jullie stevig op de behaarde borst, schreeuw het uit, recht jullie rug en wees niet zo volgzaam.Ik wil geen man die strijkt, de was sorteert, 's avonds in de potten roert en het eigenlijk wel leuk zou vinden om zelf zwanger te zijn. Laat een man maar achter de grasmachine aan lopen, de televisie repareren en spijkers in de muur slaan. Het feminisme heeft vrouwen en mannen gelijke rechten gegeven, en daar kunnen we alleen maar blij mee zijn. Maar we moeten de balans niet laten doorslaan. Het is niet gezond dat onze maatschappij van mannen vrouwen wil maken. Wanneer mannen steeds meer de wereld van de vrouwen binnentreden, dreigt iets ontzettend moois en waardevols te verdwijnen: de passie. Het vuur.Het mysterie. De betovering.Tussen de wereld van mannen en vrouwen moet in het privé-domein een barrière blijven bestaan, omdat dat het leven spannender en opwindender maakt, tussen de lakens maar ook daarbuiten. Heerlijk voor een vrouw om zich mooi te maken voor een man maar haar badkamergeheimen níet met hem te delen. Heerlijk voor een man om lekker naar zweet te ruiken en níet meteen een deodorant in de handen geduwd te krijgen.Wanneer mannen man durven te zijn, worden ze voor vrouwen tien keer aantrekkelijker.Maar die arme mannen beseffen het niet. Vooral onder de jonge generatie mannen zijn mannelijke mannen zeldzaam geworden. Ze hebben allemaal zo hard hun best gedaan om te leren koken, strijken, afwassen, shoppen en knopen aannaaien dat ze zijn vergeten wat het betekent om een man te zijn. Samen met hun mannelijkheid hebben ze ook hun hoffelijkheid verloren. Jonge mannen weten niet langer wat het woord gentleman betekent. Ze houden de deur niet open voor een vrouw, geven hen hun jas niet aan en betalen de rekening niet.Ze zijn bang om het wél te doen, want het feminisme heeft hen geleerd dat hoffelijkheid tegenover een vrouw een misplaatst teken van superioriteit is. Jonge mannen wordt verteld dat ze 'nieuwe mannen' moeten zijn en vooral hun zachte kant moeten laten zien.Onzin, die nieuwe man.Gooi hem in de prullenbak.Vrouwen kijken neer op mannen die hun harde en mannelijke kant nooit laten spreken. Met mannen als zachtgekookte eitjes hou je geen rekening. Je pelt ze maar je eet ze niet op, want lekker smaken ze niet.Laat, beste mannen, het zaakje niet sudderen tot jullie helemaal zacht zijn geworden. Het risico bestaat immers dat wij straks geen honger meer hebben.